Motorrijden is pijn lijden, dat is wat mijn schoonmoeder geregeld zegt als we er met de motor op uit trekken. Afgelopen vakantie met de motor richting Italië heb ik dan ook bijna dagelijks van mijn vriend mogen horen: 'Je weet wat mama altijd zegt eh'.
Hè, denk je nu, ze schrijft over low-waste maar gaat wel met de motor op vakantie? Low-waste heb je goed gelezen en ik streef er nog steeds naar om een zo duurzaam mogelijke levensstijl na te streven. Maar ik ben van mening dat je ook realistisch moet zijn en niet van de ene dag op de andere je hele leven kan omslaan om uitsluitend 'groen' te gaan leven. Het is belangrijk dat je geniet van het leven in het hier en nu, maar dat je bewust bent van wat je doet, hoe je het doet en welke gevolgen dat heeft. Bewustzijn, aandachtig zijn en ten volle leven, dat is belangrijk. Mijn vriend en ik kunnen heel erg genieten van onze tripjes met de motor. We zijn er ons ook van bewust dat dit niet de meest ecologische manier van reizen is, maar we weten dat er wel veel andere dingen zijn waar we in investeren om ecologisch door het leven te gaan.
Dat gezegd zijnde, terug naar het motorrijden. Mijn vriend heeft al praktisch zijn hele leven een passie voor motorrijden en hij reed met de motor nog voor hij met de auto reed als ik me niet vergis. En zo nu en dan kruip ik bij hem achterop. Soms is dat voor een dagje, soms voor een weekendje en vorige week voor het eerst voor een hele week vakantie in de Alpen. We delen een liefde voor avontuur en kamperen, dus we zijn allebei gelukkig als we tegen de avond ergens ons tentje kunnen opzetten in het groen.
Wat ik echter leerde tijdens deze vakantie is dat je zo'n motorreis met z'n tweetjes pas leuk maakt als je een aantal 'regeltjes' in het achterhoofd houdt. Voor de passagier is de ervaring namelijk helemaal anders dan voor degene die achter het stuur zit. Of ja, ikzelf zal nooit weten wat het is om met een motor te rijden want ik heb de ambitie niet om voor mijn motorrijbewijs te gaan. Iets van mezelf niet vertrouwen met een motorstuur in mijn handen en dat beter ook zo te houden :) Maar, ik vind dat ik mezelf ondertussen wel min of meer een 'expert in het motorpassagier zijn' mag noemen. Ik zet daarom enkele van onze regeltjes op een rijtje.
1. Spreek tekens af
Als passagier ben je afhankelijk van de persoon die achter het stuur zit. De helm op je hoofd en het geluid van het verkeer en de motor, maken communiceren niet simpel. Spreek daarom enkele standaard tekens af zodat je in 1 enkel gebaar iets duidelijk kan maken. Enkele van onze tekens zijn:
Een vuist: dringend stoppen = noodgeval!
Met de duim naar rechts wijzen: stop hier even aan de kant wanneer je kan
Met de hand plat op en af naar boven en beneden bewegen: wat trager aub - ja, dat heeft ook soms een herinnering nodig :)
Verder doen we vaker een kort babbeltje als we stilstaan aan rode lichten of een kruispunt.
2. Bespreek samen een route
Zelf vind ik het fijn te weten wat het plan voor die dag of de komende paar uur is, waar we heen gaan en hoe we ongeveer gaan rijden. Je kan er niet om heen dat je na verloop van tijd wat last krijgt van je achterste en hier en daar je lichaam begint te zeuren voor wat beweging. Zelf hou ik het gewoonlijk ongeveer 1,5u uit eer ik eventjes een pauze nodig heb. Mijn vriend stopt graag om de 150km. Spreek dus even af wanneer je volgende stop zal zijn. Zo weet je waar je op kan focussen en kan je ook meekijken voor een leuke stopplaats als het tijd wordt voor een break. Ik volg over de schouders van mijn vriend steeds de kilometers en de tijd mee op het dashboard van de motor.
3. Zit niet stil maar werk mee
Mee rijden achterop de motor wil niet bepaald zeggen dat je rustig achterover kan gaan zitten en van het uitzicht kan genieten. Motorrijden is werken (en lijden), ook als je achterop zit. De bedoeling is toch dat je de bestuurder zo min mogelijk hindert in het rijden. Dat betekent niet alleen mee leunen in de bochtjes zodat de motor de juiste richting in gestuurd wordt, maar ook zorgen dat je stevig achterop blijft zitten.
Tip! Span je bilspieren aan! Niet alleen gaan je glutes je aan het einde van de dag dankbaar zijn voor een onverwachte 'workout' maar dit helpt over het algemeen ook om pijn aan je achterste te minimaliseren. Geloof je me niet? Probeer het maar eens! Mijn armen gebruik dan weer voornamelijk als je veel aan het stijgen of aan het dalen bent, zodat je niet gaat glijden en mooi op je plek blijft zitten.
4. Investeer in een kussentje
Tijdens onze reis in de Alpen kocht ik onderweg een kussentje dat speciaal ontworpen is voor lange ritten op de motor. Zo'n kussentje bestaat uit kleine ballonnetjes die je kan vullen met lucht of er lucht uit kan laten afhankelijk van wat je nodig hebt. Je kan het een klein beetje vergelijken met een waterbed. Het kussentje beweegt mee met jouw bewegingen zodat je geen vaste drukpunten hebt. Dit verlicht de pijn in je achterste aanzienlijk. Ik ben zeer tevreden van mijn SW-Motech Traveller kussen en ook mijn vriend kan niet meer zonder zijn AirHawk kussen. Het is een kleine investering maar geloof mij, het is de centjes waard.
5. Zorg dat je motorkleding hebt voor alle mogelijke weersomstandigheden
Wij reisden vanuit een regenachtig België naar Italië met als gevolg dat we te maken kregen met regenbuien en 10°, maar ook zon en 38°. Enkele maanden voor de reis kocht ik een nieuwe broek en trui voor op de motor: beschermend maar luchtdoorlatend en dus ideaal bij warm weer. Voor de regenbuien nam ik een regenpak mee, schoenen en handschoenen inclusief en waterdichte kousen. Ook heb ik steeds een buf mee, handig bij zon en regen. Enerzijds om niet te verbranden - want open helm - anderzijds houdt het de ergste regen en wind ook tegen. We voorzagen elk onze eigen zijkoffer om kleding in op te bergen onderweg.
6. Voorzie kleding voor een uitstapje tussendoor
Uiteraard is het leuk om ook af en toe wat van de omgeving en de cultuur op te snuiven en je achterste rust te gunnen en je benen te strekken. Als je in 34° een bezoekje brengt aan een burcht doe je dat liever niet in een lange motorbroek. Zorg dus dat je steeds kledij koopt die comfortabel is maar ook ruim genoeg om er nog wat onder te dragen. Ik zorg dat ik altijd een shortje en een topje onder mijn motorkleding kan dragen zodat ik bij een stop maar gewoon mijn motorbroek en -jas moet uittrekken en ik ben klaar voor een uitstapje of een terrasje. Ook heb ik altijd teenslippers of sneakers bij de hand.
7. Hydrateren!
Let erop dat je bij elke tussenstop gebruik maakt van de tijd om genoeg water te drinken. Je merkt het misschien niet maar je lichaam - jup, denk weer aan dat achterste - is hard aan het werk en heeft die hydratatie nodig. . Een tekort aan hydratatie heeft bovendien vaak koppijn tot gevolg. En koppijn op de motor met zo'n helm op je hoofd is het laatste dat je wilt.
8. Neem oortjes mee voor entertainment
Ga je lang onderweg zijn, heeft het uitzicht niet veel bijzonders te bieden en heb je verder ook maar het gevoel dat je daar maar wat zit te zitten achterop? Neem dan oortjes mee zodat je naar muziek, een audioboek of een podcast kan luisteren. Ik raad aan om met draadloze oortjes te werken zodat ze mooi onder je helm zitten en je niet met kabeltjes moet zitten sukkelen. Met een helm op je hoofd, een buf en een dikke motorjas of -trui is de kans klein dat je ze kwijt geraakt. Ondertussen kan je smartphone gewoon opladen in de tanktas (ook een tip!).
9. Oordopjes zijn ook geen slecht idee
Voor lange stukken op de autostrade raad ik aan ook oordopjes mee te nemen. Je oren krijgen dan heel wat lawaai van de motor en het verkeer te verduren, maar ook van het suizen van de wind. Als dat een hele dag duurt, kunnen je oren er serieus onder lijden. Doe ze dat niet aan en verzorg ze! Oordopjes dus!
10. Genieten!
Vergeet uiteraard niet te genieten. Lijden hoort een beetje bij motorrijden. Focus je niet op de ongemakjes maar geniet van het gevoel van vrijheid, het uitzicht en de quality time met zijn tweetjes. Niet teveel nadenken en gewoon genieten, hier en nu!